Algemene informatie
Deelnemers:
Manon Verstegen (31 jaar) Medewerkster Travelhome
Yara Soetens (28 jaar) Medewerkster Travelhome
Campertype- en verhuurder:
C-Large van El Monte RV
Kosten verblijf en eten/drinken:
Totale kosten campings (vooraf geboekt): € 519,08
Totale kosten hotelovernachtingen Las Vegas (vooraf geboekt): € 310,- excl. resort fees
Toale kosten resort fees (ter plaatse te betalen): € 44,- (New York-New York hotel), € 41,40,- (Excalibur hotel), € 14,14 (Wahweap RV & Campground)
Early check-in Excalibur (voor 15.00 uur): $ 20,-
Totale kosten benzine: € 752,04
Totale kosten internet (e-SIM) (10 GB voor 30 dagen): $ 46,- per persoon
Totale kosten taxi/Uber: € 209,-
Totale kosten boodschappen: €429,20
Totale kosten uit eten/drankjes: € 381,75
Totale kosten coffee to go: € 156,23
Totale kosten hout en s'mores: € 66,16
Kosten excursies en bezienswaardigheden:
America the Beautiful nationale parkenpas: $ 80,00 per camper
Entree Valley of Fire State Park: $ 15,00 per camper
Entree Calico Ghost Town: $ 8,00 per persoon
Parkeerkosten Horseshoe Bend: $ 10,00 per camper
Tunnel Zion National Park: $ 15,00 per camper
Death Valley Experience Jeeptour (7 uur): $ 285,- per persoon
Angels Landing hiking permit: aanvraag $ 6,- per groep en na toekenning permit $ 3,- per persoon
Vliegreis en aankomst Las Vegas
‘So sorry, we have 15 minutes to catch our flight.’ Yara en ik kijken vol verbazing toe hoe vrijwel niemand de drie meiden die zich een weg langs de rij naar de bagagecheck proberen te banen, laat passeren. Zeker, 15 minuten lijkt onbegonnen werk, maar de gunfactor lijkt wel erg laag op George Bush International Airport. Zelf ervaren we geen enkele stress: we hebben 2,5 uur om onze doorvlucht te halen. De lange etappe van Amsterdam naar Houston hebben we gehad en die paar uurtjes die er nog bij komen, kunnen we nog wel aan. Vegas, here we come!
We halen onze ruimbagage op en geven de koffers opnieuw af, waarna Yara de douanebeambte er op succesvolle wijze van overtuigt dat we op vakantie gaan naar Las Vegas omdat ze de gokstad altijd al vóór haar 30e wilde bezoeken. Het kan aan mij liggen, maar de beste man lijkt een klein beetje sceptisch als hij ons na het aanhoren van onze camperplannen vraagt of we deze RV trip echt met z’n tweeën gaan ondernemen. Yes, sir!
Na het afgeven van Yara’s vingerafdrukken (de mijne hebben ze blijkbaar nog), gaan we op zoek naar iets te eten. De poffertjes van vanmorgen op Schiphol voelen als een eeuwigheid geleden en onze magen knorren. In de United Club Lounge vullen we een bordje met salade, crackers en kaas en als twee kinderen vermaken we ons bij het buffet met de soda machine. Van elke bij ons bekende frisdrank, biedt het apparaat zo’n vijf verschillende variaties. Ik ga voor een cola zero vanilla cherry en moet zeggen: deze smaak mogen ze wat mij betreft best in Nederland in productie nemen.
FlyUnited houdt ons via tekstberichten op de hoogte en we begeven ons naar de gate als we een bericht krijgen dat het boarden begint. Het duurt even voor we opstijgen maar eenmaal onderweg halen we de vertraging in. Iets eerder dan gepland landen we in Sin City. Helaas kies ik de verkeerde tram naar de baggage drop-off en moeten we een shuttle terug nemen, maar eenmaal in de juiste terminal staan onze koffers op ons te wachten. Gelukkig! We bestellen een Uber en checken in bij het New York New York hotel. Om de beurt springen we onder de douche, waarna we in onze glitteroutfits de Strip opgaan om alvast wat van Las Vegas te zien. Aan het eind van de reis zijn we hier nog twee dagen, dus voor nu laten we het bij een wandeling en een drankje. We verkennen het casino van het Excalibur hotel en lopen dan langs neonreclames en felle verlichting naar The Cosmopolitan of Las Vegas, waar we - heel toepasselijk - een Cosmopolitan drinken onder de gigantische kroonluchters van The Chandelier bar. We overwegen de fountain show bij de naastgelegen Bellagio hotel te bekijken maar deze blijkt maar tot 0.00 uur in bedrijf en eigenlijk is dat maar goed ook, want we beginnen over onze slaap heen te raken. Het is al meer dan 24 uur geleden dat Mark ons afzette op Schiphol, dus tijd om ons bedje op te zoeken. Over twee weken nieuwe ronden, nieuwe kansen!
Accommodatie: New York-New York Hotel & Casino ****
Type kamer: Tweepersoonskamer met twee queensize bedden
Prijs: ca. 140EUR per kamer, per nacht (excl. resort fee)
Ligging: Las Vegas Boulevard / Strip
Faciliteiten: Restaurants, buitenzwembad en sauna, casino
Camper ophalen en Valley of Fire State Park
'Excuse me, could you please get those for me, you’re so beautifully tall!’
Terwijl ik de gewenste verpakking uit het bovenste schap pak en aanreik, realiseer ik me dat dit de tweede keer vandaag is dat ik te horen krijg dat ik lang ben. Toen ik vanmorgen koffie ging halen, kreeg ik ook een ‘wow, you’re tall’ naar m’n hoofd geslingerd. Jammer dat Yara toen nog onder de douche stond, want met onze 1.76 meter bevestigen we inderdaad de globale overtuiging dat alle Nederlandse vrouwen reuzinnen zijn.
Vreemd voelt het wel, dat onze lengte als bijzonder wordt beschouwd in een stad waarin wij ons vergapen aan een heel scala aan ‘rare dingen’. Van daklozen die guitar hero spelen op straat tot honden in jurkjes en vrouwen in outfits die ik alleen in bed draag… Las Vegas is zonder meer kleurrijk.
Niet alleen op de Strip we onze ogen uit, ook tijdens de taxirit naar de camperverhuurder is er genoeg te zien. Eind november vindt de Grand Prix plaats in Las Vegas en de voorbereidingen zijn in volle gang. Overal staan tribunes en we spotten het speciale asfalt waarover geracet zal worden. Al dat ijzer ontsiert het straatbeeld wel een beetje, maar we begrijpen dat een dergelijk evenement voorbereiding vereist.
Iets na tweeën worden we afgezet bij camperverhuurder El Monte RV. We hebben vanmorgen gebeld voor een afspraak en mochten zelf onze pick-up time kiezen. Wat een luxe: het voordeel van reizen in het laagseizoen. De vriendelijke medewerkster neemt uitgebreid de tijd voor ons. Na de camperinstructie vullen we een papieren zak met spullen die achtergelaten zijn door vorige reizigers. We scoren o.a. pasta, rijst, kruiden, olijfolie, aluminiumfolie, handzeep en zelfs een barbecue en kolen. Goed voor het milieu en voor onze portemonnee!
Voor de rest van onze boodschappen moeten we helaas een stuk omrijden. Ons plan is om wat kilometers te maken om aan de camper te wennen, maar als we de drukke freeway af zijn (‘Leave the flying to witches and bats, watch your speed!’) en Google Maps raadplegen, blijkt de dichtstbijzijnde Walmart in Las Vegas te liggen. Oeps! Uiteindelijk vinden een Walmart op een uur rijden van de campground. Dat hebben we niet heel handig aangepakt.
Gelukkig gaat het boodschappen doen voorspoedig: in het vliegtuig hebben we al een lijstje gemaakt en nadat we over de non-food sectie zijn gestruind, vullen we onze kar met inkopen voor de komende dagen. Omdat het inmiddels donker is ruimen we de koelproducten in en leggen we de overige aankopen weg om later op te bergen. We stellen de navigatie in op Valley of Fire State Park en verlaten de parkeerplaats. Het waait stevig en ik moet het stuur met twee handen goed vasthouden. Na een uurtje arriveren we bij de entree van het park, waar we ons registreren en onze camping fee in een envelop in de brievenbus deponeren. We parkeren de camper, maken hotdogs voor het avondeten en ruimen dan de overige boodschappen in. De koffers worden geleegd en de bedden opgemaakt.
Of het de aanblik van twee warme nestjes is of alle indrukken tot nu toe: de vermoeidheid slaat toe en we besluiten lekker naar bed te gaan. Benieuwd hoe de eerste nacht in de camper gaat bevallen!
Accommodatie: Atlatl Campground
Prijs: $ 25,-
Ligging: In Valley of Fire State Park, prachtig tussen de oranje rotsen
Faciliteiten: Toiletten, dumping station
Valley of Fire State Park - Zion National Park
De eerste nacht in de camper bevalt alles behalve, maar dat heeft niks met het voertuig te maken en alles met het weer. Het waait zo hard dat ik er midden in de nacht wakker van word en niet meer in slaap kom, zo bang ben ik dat we omwaaien. Rationeel gezien weet ik dat dat niet gebeurt, maar realistisch denken blijkt lastig wanneer de wind huilt en de camper op en neer schudt.
Tegen de ochtend gaat de wind liggen. Om 06.30 schuif ik het gordijntje boven mijn bed opzij. Alle vermoeidheid is in één keer weg: het uitzicht is geweldig. Gisteren in het donker was hier niks van te zien, maar we staan geparkeerd tussen rode rotsen die als vlammen de lucht in schieten. Ik heb er al een aantal camperreizen op zitten, maar kan oprecht zeggen dat ik nog nooit op zo’n mooie campground wakker ben geworden.
Ik glip m’n bed uit, kleed me stilletjes aan en laat een berichtje voor Yara achter. Dan wandel ik een rondje over de campground. Een uur later appt Yara dat ze wakker is en ontbijten we samen aan de picknicktafel bij onze campingplaats. Terwijl we eten probeer ik een permit te bemachtigen om morgen in Zion National Park Angels Landing te hiken: een populaire en uitdagende wandeling waar je voor ingeloot moet worden. De uitslag volgt vanmiddag per e-mail, dus fingers crossed! Er worden plannen gesmeed voor vandaag: een stop bij Coral Pink Sand Dunes wordt vervangen door een rondje Valley of Fire. Als de campground er zó uitziet, kunnen we niet wachten om de rest van het park zien!
We zijn de campground nog niet af of we spotten een kudde bighorn sheep bij het dumping station. Er staan mensen foto’s te maken en een parkranger houdt de boel in de gaten. Ook wij schieten een paar kiekjes en stappen dan in de camper naar het Visitor Center om te informeren hoe de scenic drive door het park loopt. Binnen staat een bord met aanbevelingen wanneer je minder dan twee uur te besteden hebt in Valley of Fire: perfect voor ons! Een parkplattegrond stuurt ons over White Domes Road, waar we een stukje lopen en het uitzicht bewonderen vanaf de Fire Canyon Overlook. Het landschap wijkt af van alles wat ik tijdens eerdere reizen gezien heb: ruig gelaagd gesteente in alle kleuren van de regenboog dat als vlammen lijkt te dansen… Het meest bijzonder vind ik Rainbow Vista: tijdens de 1.0-mile out-and-back trail lijkt het alsof iemand een sepia filter heeft losgelaten op het landschap. Iedere paar honderd meter verandert de kleurtoon: dan weer lijkt het geheel geel, dan weer groen en de rotsen lijken geschilderd in alle kleuren van de regenboog. Ik heb het gevoel dat ik door de Emerald City uit The Wizard of Oz loop. Mooier dan dit wordt het niet.
Over de meest waanzinnige scenic route die ik ooit heb gereden, begeven we ons naar de uitgang van het park. Hier sluiten we ons verblijf in Valley of Fire af met een bezoek aan Elephant Rock, een rots in de vorm van - tromgeroffel - een olifant.
Yara is vandaag onze chauffeur en dat gaat haar goed af. Op een gegeven moment is ze er zo van overtuigd dat ze in een vorig leven vrachtwagenchauffeur geweest is, dat ik haar Trucker Yara ga noemen. Terwijl TY ons huis op wielen bestuurt in de richting van Zion National Park, smeer ik boterhammen die we tijdens het rijden verorberen. We willen graag voor het donker op de campground arriveren, dus stoppen we alleen voor een kop koffie en houden verder het tempo erin. Groot is de vreugde wanneer we een mailtje ontvangen met als onderwerp ‘Lottery Results Announcement - Congratulations!’ Nu is er geen weg meer terug.
Utah bevindt zich in een andere tijdzone waardoor we een uur verliezen en uiteindelijk om 17.00 op Watchman Campground arriveren, onze uitvalsbasis voor de komende twee nachten. Yara doet haar nieuwe bijnaam eer aan en parkeert onze camper in één vloeiende beweging achteruit op onze site. Honk honk!
Het is nog licht buiten, dus wandelen we richting het Visitor Centre. Helaas is dit al dicht maar de souvenirshop is open en Yara kletst honderduit met de kassamedewerkster terwijl ik op zoek ga naar een magneetje en een pin voor op mijn rugzak. Yara scoort een warme sjaal en als we twee bundels hout hebben toegevoegd aan onze aankopen, lopen we terug naar onze campingplaats, waar Yara aan het vuur begint terwijl ik kook. Na het eten drinken we een wijntje bij het kampvuur. Het hout blijkt slecht en brandt snel op. Zonder vuur merken we pas hoe koud het is: onze telefoon geeft slechts een paar graden boven nul aan en vannacht gaat het zelfs vriezen! Gelukkig hadden wij de voorspelling van de week al gezien en hebben we aan de camperverhuurder extra dekens gevraagd. Daar kruipen we lekker onder nadat we samen de afwas gedaan hebben bij het toiletgebouw. We zwengelen de heater nog even aan om het lekker warm te krijgen en zetten onze wekkers: over 9 uurtjes beginnen wij aan de klim naar Angels Landing!
Accommodatie: Watchman Campground
Prijs: $ 45,-
Ligging: In Zion National Park
Faciliteiten: Stroomaansluiting, toiletten, wasbak om af te wassen, dumping station
Zion National Park
D-day! Vandaag staat Angels Landing op het programma. Onze permit geeft ons toestemming om vóór 09.00 aan de hike te beginnen. We trekken onze wandeluitrusting aan (laagjes!), verzamelen proviand voor onderweg en rijden naar de centrale parkeerplaats. Vannacht verblijven we weer op Watchman Campground, maar we moeten van site wisselen. Vervelend, want sinds het begin van de trip hebben we problemen met de koelkast: die valt uit zodra de camper niet in beweging of aangesloten is. Bij het loket van de campground informeer ik of er niet al een campsite vrij is. Helaas: de camping is volledig volgeboekt. Gelukkig is het koud buiten.
We wandelen naar de halte vanwaar de shuttles vertrekken en kunnen meteen instappen. Het startpunt van Angels Landing ligt bij ‘The Grotto’. We bedanken de chauffeur en volgen de bewegwijzering. Even later bevinden we ons op de route. Die leidt ons achtereenvolgens via een eenvoudig pad en 21 switchbacks bergopwaarts. Na een uurtje arriveren we bij Scout’s Lookout, een uitzichtpunt dat ook wel bekend staat als ‘turnaround point’. Wie last heeft van knikkende knieën, krijgt hier een laatste kans om om te draaien.
Dat doen wij natuurlijk niet! Na een koekje en na het tonen van onze permit, beginnen we aan het laatste en spannendste gedeelte van de route. Met de afgrond op rechts trotseren wij het smalle pad over de rotsen. Vrijwel overal langs de route is een ijzeren ketting gespannen voor houvast. We spreken af de ketting te allen tijde met minimaal één hand vast te houden.
Het klimmen gaat verrassend vlot. Beide hebben we geen last van hoogtevrees en we genieten immens van het onbeschrijfelijke uitzicht. De eindeloze diepte onder ons is bijna surreëel. Niks overtreft het uitzicht op de top: we kijken uit op granieten bergtoppen en op een prachtige beboste vallei. We gaan voor lunch with a view en een stel chipmunks verschijnt zodra we aan ons brood beginnen. Uiteraard wordt er niet gedeeld: keep wildlife wild! Dat die vlieger wellicht al gevlogen is, blijkt wanneer onze achterbuurvrouw een harde gil slaakt. Eén van de dieren is op haar schoot geklommen en probeert een hapje van haar lunch te nemen.
Met hernieuwde energie beginnen we aan de afhaling. Al gauw arriveren we bij Scout’s Lookout. Yara en ik interpreteren de bordjes verkeerd en denken naar een uitzichtpunt te lopen, maar het blijkt een wandeltrail. We gaan er wederom bij zitten en eten een zakje chips terwijl we genieten van de rust en stilte. In tegenstelling tot op het druk belopen pad naar Angels Landing, is hier geen wandelaar te bekennen. Terwijl Yara Vitamine D opsnuift, werk ik me een berg omhoog om het uitzicht van de andere kant te bewonderen. Onze tweede poging om het startpunt te vinden slaagt en een dik uur later zitten we in de shuttlebus.
We plegen een telefoontje om het thuisfront te informeren dat we het er levend vanaf hebben gebracht en gaan op zoek naar koffie. Ik ben Yara kwijt en vind haar nippend aan een Pomegranate Sour op een terras. Ze weet zelf niet hoe dat heeft kunnen gebeuren: dit biertje overkwam haar gewoon! Met elk een cappuccino in de hand wandelen we even later terug naar de camper. Op onze nieuwe campingplaats hebben we contact met de road assistance van El Monte RV. Die laat Yara enkele dingen checken en een kabeltje aanduwen, maar een oplossing voor onze wankelende koelkast is er niet direct. Gek genoeg lijkt hij vandaag wel gekoeld te hebben. We spreken af het even aan te kijken. Als ie blijft haperen, mogen we op kosten van de verhuurder een koelbox met ijs kopen. Netjes opgelost!
We douchen in de camper en Yara maakt wraps voor het avondeten. Die gaan er wel in! Veel meer doen we vandaag niet: even samen afwassen bij het toiletgebouw en dan naar bed. Het was een vermoeiende dag, maar wel één die we niet hadden willen missen!
Accommodatie: Watchman Campground
Prijs: $ 45,-
Ligging: In Zion National Park
Faciliteiten: Stroomaansluiting, toiletten, wasbak om af te wassen, dumping station
Zion National Park - Bryce Canyon National Park
Ik word wakker van mijn telefoon, maar het is niet de wekker die ik hoor. Slaapdronken reik ik naar het toestel. Yara. Nog voor ik registreer dat ze niet in haar bed ligt, galmt haar stem door de luidspreker. ‘Mano? Ja, wacht even.’ Op de achtergrond hoor ik haar discussiëren. Nog half slapend maak ik uit het gesprek op dat haar gesprekspartner haar de camping niet op laat omdat ze geen reservering en parkenpas bij zich draagt. Net als ik aanstalten wil maken om haar te hulp te schieten, zegt ze: ‘Nee, niks, laat maar. Het is al gelukt!’ Of het haar ‘maar je hebt me net zelf naar buiten zien lopen’ is, haar vrouwelijke charmes of het feit dat ze onder haar jas een pyjama draagt: de parkranger laat haar het terrein op.
De koffie die ze gehaald heeft is gelukkig nog warm maar dat geldt niet voor de volgende parkranger: in de wachtrij bij de Zion Tunnel worden we berispt omdat we geen Tunnel Permit hebben. Onze excuses en uitleg dat we niet wisten dat we die nodig hebben, maken geen indruk. Op ons verweer dat het loket bij de entree niet bemand was, antwoordt de vrouw dat we beter moeten lezen.
De toon is gezet maar gelukkig hebben we het onderling wel gezellig. Onderweg naar Bryce Canyon National Park zingen we luid (en vals) mee met Yara’s afspeellijst. We vullen de benzinetank en feliciteren onszelf dat we zo goed bezig zijn vandaag: de overige tanks hebben we vanmorgen ook al geleegd en gevuld. Hoogmoed komt voor den val, blijkt wanneer even later in een bocht de gehele inhoud van de koelkast op de campervloer stort. Vergeten het clipje terug te doen. Onze eieren hebben het niet overleefd, dus we zijn blij dat er vanmorgen spek en ei op het menu stond!
We passeren Red Canyon, dat zijn naam eer aandoet, en Dixie National Forest. Er is geen kip op de weg. Ook geen andere toeristen trouwens, dus we maken daar handig gebruik van en houden een mini-fotosessie bij de bekende Red Canyon Arch. We hebben de grootste lol om the making of: bij gebrek aan een statief gebruiken we een plastic bak met daarop een koffer, maar ons bouwwerk blijkt niet erg bestand tegen de wind. Regelmatig mislukt er een foto omdat de koffer pootjes krijgt. Wanneer we tevreden zijn met het resultaat vervolgen we onze route en een half uurtje later rijden we Bryce Canyon binnen. We gaan op zoek naar Sunset Campground, die first come, first served is en die we dus niet vooraf hebben kunnen reserveren. Groot is onze verbazing als blijkt dat op de hele camping maar vijf plekken bezet zijn. Een groot contrast met de camping in Zion. Het is ons niet duidelijk of dat komt doordat deze camping geen aansluitingen heeft en de temperaturen hier vrij laag liggen of omdat dit (letterlijk!) de laatste dag van het seizoen is dat ie operationeel is. In elk geval hebben we vrije keuze en we claimen een prachtige spot.
Op de bij de ingang ontvangen parkplattegrond lezen we dat de uitzichtpunten in het hart van het park verboden terrein zijn met een ‘oversized vehicle’. We rijden naar het Visitor Center om te vragen hoe dit zit. De shuttles rijden alleen in het hoogseizoen, vertelt de dienstdoende parkranger. Ideaal, want dat betekent dat we overal met de camper naartoe kunnen. Op weg naar buiten valt mijn oog op een pontificaal geplaatst bord: ‘shuttle service no longer running for the 2024 season’. Oeps. Lezen blijft lastig.
We bezoeken achtereenvolgens Sunrise Point, Inspiration Point en Bryce Point. Bij Inspiration Point vraagt een man met autopech om een lift. Hoewel we hem in eerste instantie afwimpelen, bieden we later toch onze hulp aan wanneer we zien dat zijn gezelschap uit nog een man en twee dames bestaat. Je kunt niet voorzichtig genoeg zijn! Grappig genoeg lijken de heren ons juist niet te vertrouwen, want ons aanbod om de dames naar het Visitor Center te brengen, wordt afgeslagen met een ‘they’re staying here’. Ook prima! De pechvogels blijken sowieso een hotel buiten het park te hebben terwijl wij niet van plan zijn Bryce te verlaten, dus we nemen afscheid.
Bij een souvenirwinkel koop ik een vroeg verjaardagscadeau uit naam van mijn moeder en shopt Yara presentjes voor het thuisfront. We zijn precies op tijd klaar voor de zonsondergang bij Sunset Point. Die valt niet tegen: het licht van de ondergaande zon werpt een pastelkleurige gloed over de rode rotsen van Bryce Canyon. Het ziet er sprookjesachtig uit.
Zonder zonlicht koelt het snel af. Onze telefoons geven een paar graden boven nul aan. We schrikken een beetje als we zien dat het vannacht -3 wordt en dat de minimale temperatuur -7 is. Gelukkig hebben we onze extra dekens! We rijden snel naar de campground om op te warmen. Op het bord bij de ingang spotten we in dikgedrukte letters de mededeling dat de parkshuttles rijden tot 20 oktober. Eerlijk is eerlijk: de dame van vanochtend heeft een punt.
Het avondeten staat zo op tafel, want we hebben kliekjes van gisteren in de koelkast. Na het eten neem ik een warme douche (zonder zeep!) terwijl Yara de afwas doet in het toiletgebouw. Als ook Yara zich heeft opgefrist, laten we het restant van ons verse water weglopen in de vuilwatertanks die we vervolgens buiten legen. Niet helemaal zoals het hoort, maar het is schoon water en het risico op bevriezing van het leidingwerk is ons te groot met deze temperaturen.
De batterij van de camper heeft het zwaar en voor de zekerheid schuiven we de slide-out naar binnen. Vanuit ons warme bed hebben we contact met het thuisfront, waarna we op tijd gaan slapen. Morgen rijden we warmere temperaturen tegemoet!
Accommodatie: Sunset Campground
Prijs: $ 30,-
Ligging: In Bryce Canyon National Park
Faciliteiten: Toiletten
Bryce Canyon National Park - Page
Het geluid van onze ronkende motor schalt over de verder stille campground. Gelukkig zijn er niet veel mensen die we zouden kunnen storen in hun slaap: van de paar buren die we hadden, is de helft al weg. Misschien wel met hetzelfde doel als wij: genieten van de zonsopkomst. We parkeren de camper bij Sunrise Point en zien de zon achter de bergen tevoorschijn komen. De canyon baadt in een bad van oranje en ik denk niet dat ik ooit al zoiets moois heb gezien.
Tegen de tijd dat de zon hoog aan de hemel staat, hebben we het koud en zijn we toe aan koffie. We rijden naar Ruby’s Inn General Store en slenteren met een cappuccino in de hand langs gangpaden vol souvenirs. We kopen een heerlijk uitziende donut die dienstdoet als ontbijt en om die suikerbom een beetje te compenseren, werken we al rijdend een banaan naar binnen. Eenmaal terug bij Sunrise Point voelen we ons weer mens en klaar voor de volgende activiteit op ons programma: het lopen van de Navajo Loop/Queens Garden trail. De wandeling van net geen vijf kilometer loopt dwars langs de oranje hoodoos en we genieten om die vanuit een ander perspectief te bewonderen.
In de camper eten we een yoghurtje en zetten we een thermoskan thee voor onderweg. We rijden vandaag naar Arizona, waar we een nacht kamperen aan Lake Powell. De reis verloopt vlot en al gauw verruilen we oranje hoodoos en naaldbomen voor ruig gesteente en dorre woestijnplanten.
Na het inchecken op de campground draaien we een wasje en terwijl de droger loopt, bezoeken we Horseshoe Bend. Het is haast onvoorstelbaar hoe deze natuurlijke formatie in de vorm van een hoefijzer is uitgeslepen door de Colorado River. In vergelijking met de miljoenen jaren die daar overheen zijn gegaan, stelt de duur van ons mensenleven niks voor en ik voel me klein terwijl ik het werk van Moeder Natuur bewonder. Hoewel ik Horseshoe Bend al twee keer eerder gezien heb, blijf ik het prachtig vinden.
Over een aangelegd wandelpad lopen we terug naar de camper. Dit was er de vorige keren niet en ergens vind ik het jammer dat deze bezienswaardigheid zo commercieel geworden is. Er wordt tegenwoordig zelfs entree geheven om Horseshoe Bend te bekijken. Ik begrijp dat de parkeerplaats (ook nieuw), plateau en hekwerk (nieuw) en toebehoren moeten worden terugverdiend, maar dit voelt als het uitmelken van toeristen.
Op de terugweg vullen we onze voorraad aan bij Walmart. Lang zijn we niet binnen, maar als we door de schuifdeuren naar buiten lopen, is het donker. Het ontbreken van warme temperaturen doet me niet zoveel (daar kun je je op kleden), maar ik merk dat ik het wel jammer vind dat de zon zo vroeg ondergaat. Het verkort de dag aanzienlijk en hoewel we deze reis de vruchten hebben mogen plukken van reizen buiten het seizoen, zou dit voor mij een reden zijn om een volgende keer vroeger in het jaar op pad te gaan.
Voor het eerst deze trip hebben we een full hookup en het is even zoeken hoe dat ook alweer werkt. Als onze elektra, water en riool zijn aangesloten, ontfermt Yara zich over het opvouwen van de was terwijl ik wortels en bleekselderij snijd. We sluiten de dag af met pasta bolognese en een wijntje. Voor de sfeer is het jammer dat we niet buiten kunnen eten, maar de smaak doet er gelukkig niet aan af. En aan de gezelligheid ook niet! En uiteindelijk is dat laatste het belangrijkst.
Accommodatie: Wahweap RV & Campground
Prijs: $ 68,18 + resort fee $ 14,99
Ligging: In Glen Canyon National Recreation Area
Faciliteiten: Full hookup, toiletten, douches, wasserette, winkeltje
Page - Grand Canyon National Park
Onze natuurlijke klok wekt ons voor zevenen en vrijwel meteen staan we naast ons bed. Eenmaal wakker blijken we allebei direct ‘aan’ te staan, wat ik als zeer prettig ervaar. Geen opstarttijd, geen ochtendhumeur, maar meteen gezellig druk in de weer samen.
Yara verdwijnt naar het toiletgebouw en ik wil beginnen met het ontbijt, maar als ik de gordijnen van de camper open word ik verrast door een adembenemende oranje lucht. Dat ontbijt zal moeten wachten.
Ik bel Mark en terwijl ik om de beurt verliefd naar de lucht en naar m’n telefoonscherm kijk, wandel ik een rondje over de gigantische campground. Echt warm is het niet en ik ben blij wanneer ik de warme camper weer bereik. Ik schuif aan bij Yara, die zit te bellen met Jeroen en twee bakjes yoghurt met banaan en ontbijtgranen op tafel heeft staan.
Na het ontbijt koppelen we de camper af en rijden we naar het hoofdgebouw, waar de douches zich bevinden. We moeten onze verwachting bijstellen: onbeperkt warm douchen blijkt in realiteit 8 minuten spetterpret onder het dunste straaltje water dat ik ooit heb gezien. Matig!
Fris gedoucht zetten we koers naar het centrum van Page voor een koffiestop. Een gigantische breakfast sandwich blijft aan onze handen plakken en kauwend beginnen we aan de etappe naar de Grand Canyon. Het weer is niet denderend en dus pakken we ons goed in wanneer we vlak na het passeren van de parkingang stoppen bij het eerste viewpoint. We laten ons verleiden door weer een koffie én door verschillende souvenirs voordat we onze weg vervolgen naar het Visitor Center.
Op borden staan de diverse wandelingen door Grand Canyon duidelijk beschreven. Ze onderscheiden in lengte en moeilijkheidsgraad. We besluiten een gedeelte van de South Kaibab trail te lopen en nemen de gele shuttle naar de trailhead. De buschauffeuse heet Heather en is aanvankelijk een beetje nors, maar als Yara haar bedankt wanneer we uitstappen lacht ze haar tanden bloot en hebben we een nieuwe vriendin gemaakt. We dalen de canyon af via een pad van brede switchbacks en veel eerder dan gepland bereiken we Ooh Aah Point. We dubben: verder of terug? Het loopt al tegen het eind van de middag en aan de uitgetelde tegemoetkomende hikers, moeten we de terugweg niet onderschatten.
We besluiten toch door te lopen tot het tweede uitzichtpunt: Cedar Ridge. Eenmaal daar eten we wat chipjes terwijl we genieten van het uitzicht. Yara, die voor het eerst op deze plek is, is onder de indruk en we zijn blij dat we tijd gemaakt hebben voor een wandeling de canyon in!
Weer boven worden we opgepikt door Heather. De zon begint te zakken. Als de shuttle Yaki Point bereikt herhaalt Heather drie keer dat dit een goede plek is om de zonsondergang te bekijken. In eerste instantie blijven we zitten maar ik krijg last van FOMO en Yara voelt zich aangesproken door Heathers priemende blik, die ons de bus uit lijkt te sturen. Als de lucht even later oranje kleurt, zijn we blij dat we Heathers advies hebben opgevolgd.
We bezoeken de General Store voor brandhout en zetten daar op onze campingplaats direct de fik in. Op het menu staan burgers van de grill en s’mores na. We genieten! Ook bij de Grand Canyon ligt de nachttemperatuur maar net boven het vriespunt, maar ons kampvuur houdt ons heerlijk warm. De wijn die we speciaal voor deze plek hebben uitgezocht is verrukkelijk en we hebben samen de grootste lol, vooral wanneer ik per ongeluk film hoe mijn smore vlamvat.
We blijven buiten zitten tot het vuur opbrandt en zoeken dan de warmte van ons bed op. Wat een leuke avond was dit!
Accommodatie: Mather Campground
Prijs: $ 18,-
Ligging: In Grand Canyon National Park
Faciliteiten: douches, toiletten, dumping station, wasserette. Op korte afstand van het Market Plaza, waar zich een grote winkel bevindt.
Grand Canyon National Park - Joshua Tree National Park
‘Sinds wanneer zitten we in Canada?,’ grapt Yara. We hebben de Grand Canyon net een uur achter ons gelaten als we verrast worden door winters weer. Met elke afgelegde kilometer verandert Coconino National Forest meer in een winterwonderland. Vlokken die direct smelten op het wegdek, veranderen in een dik pak sneeuw. Eerst zijn we enthousiast, maar als het landschap echt wit kleurt gaan onze ‘ooh’s’ en ‘aah’s’ over in ‘ik vind dit niet leuk’s’ en ‘rustig rijden, dan komt het wel goed’s’.
Alleen komt het niet goed, want een paar bochten later komen we tot stilstand halverwege een besneeuwde helling. Voor ons bevindt zich een opstopping van voertuigen die de berg niet op komen. Ik stap uit om verhaal te halen en krijg te horen dat alles wat tweewielaangerdreven is, geen kant op kan.
Precies als ik instap om Yara bij te praten, komt links van ons een personenauto met een rotgang de berg af gegleden. De bestuurder heeft de macht over het voertuig duidelijk verloren. We zijn er getuige van hoe de auto half in de greppel terecht komt en een spoor van brokstukken achterlaat. Wonder boven wonder komt het voertuig een eind verderop tot stilstand en stappen de inzittenden ongedeerd uit.
Dr glijpartij lijkt het overige verkeer tot actie aan te zetten. Om ons heen komt van alles in beweging, met wisselend resultaat. 4x4 trucks passeren ons terwijl personenauto’s achteruit glijden in een poging de helling te nemen. We beleven een angstig moment wanneer een auto met caravan begint te slippen en ons bijna raakt.
Yara voelt zich niet comfortabel en ik zeg dat ik de camper wel naar beneden rijd, maar eenmaal achter het stuur staat het huilen me nader dan het lachen. En na diverse pogingen om de camper op de gladde helling te draaien, stromen de tranen daadwerkelijk over mijn wangen. Elke keer dat ik het gas intrap, verlies ik grip en begint de camper te schuiven. Ik ben doodsbang dat de camper de greppel in glijdt en we de verhuurder moeten vertellen dat we ‘m total loss hebben gereden. Uiteindelijk lukt het me, met hulp van Mark die via Yara’s telefoon meekijkt, het ding te keren.
Stapvoets rijden we naar beneden. Om ons heen heerst totale chaos: automobilisten proberen hun voertuig te draaien, anderen doen een poging de helling achteruit te nemen en verschillende mensen vinden het nodig om uit te stappen. Ondertussen komen er steeds nieuwe voertuigen bij. Het stel met de kapotte auto wacht op een takelwagen en een vrouw zegt verbijsterd tegen Yara dat deze weg een uur geleden nog volledig vrij was.
Twintig minuten later parkeer ik de camper bij een tankstation. Ik check of mijn bibberende benen het nog doen terwijl Yara een zenuwbezoekje brengt aan het toilet. Dan buigen we ons over een plan B. Alsnog naar Sedona rijden is uitgesloten: dat is én te ver om én de moeite niet meer. Ik stel voor om naar Joshua Tree National Park te rijden. Best een eind, maar als we nu gaan kunnen we daar morgen een hele dag doorbrengen. We besluiten onze collega Susanne te bellen. Als iemand routesuggesties heeft, is zij het wel! Suus beaamt dat Joshua Tree een goede optie is en noemt Lake Havasu als alternatief. De woestijn trekt ons op dit moment het meest en Suus stuurt ons een uitgebreide routebeschrijving naar onze nieuwe eindbestemming. Wat zouden we toch zonder haar moeten!
Het wordt een lange reisdag waarbij we slechts twee keer stoppen: om een broodje hotdog te maken en om te tanken. Ironisch genoeg komen we onderweg diverse waarschuwingsborden tegen met de tekst ‘State warning: winter conditions. Roads may be icy. Watch your speed.’ Goh, méén je. Had ons zo’n bord gedaan vanuit de Grand Canyon…
Als het Californische zonnetje ondergaat en een prachtige oranje gloed over de bergketen in de verte werpt, zijn we ons helse avontuur al bijna vergeten. Nog een uurtje rijden en dan liggen we in het zwembad op de KOA camping. Wat een héérlijk vooruitzicht. Bedankt, Suus!
Accommodatie: Palm Springs / Joshua Tree KOA Holiday
Prijs: $ 59,-
Ligging: Bij Palm Springs, op een half uurtje rijden van de West Entrance van Joshua Tree National Park
Faciliteiten: douches, toiletten, dumping station, wasserette, speeltuin, minigolf, buitenzwembad, hot tubs, winkeltje
Joshua Tree National Park
‘Don’t die today!’
Met die woorden worden we verwelkomd in Joshua Tree National Park. Gekscherend grap ik dat ik m’n best ga doen. Dat de leus alles behalve grappig bedoeld is, wordt duidelijk als we ‘m overal binnen het park blijven tegenkomen. Blijkbaar wordt het ‘s zomers extreem heet in Joshua Tree. Lastig voor te stellen: vandaag waait het zo hard dat we in het Visitor Center geadviseerd worden om ons warmer aan te kleden. Met tegenzin verruilen we onze zomerse outfits voor een lange broek en trui. Wanneer we bij het eerste uitzichtpunt uit de camper stappen zijn we de ranger dankbaar: de wind blaast zelfs door mijn fleecejack heen!
Ondanks de snijdende wind is de temperatuur veel beter dan de afgelopen dagen. Terwijl we door het park rijden, genieten we vanachter de voorruit van het zonnetje. We bewonderen de vele Joshua Trees, cactussen en yucca’s en maken een korte wandeling door Hidden Valley. Bij een picknickplek warmen we hotdogs op in de camper. Twee kleine blauwe vogeltjes en een chipmunk drinken uit een plasje dat ontstaat door de druppelende uitlaat van onze watertank. We weerstaan de neiging om de dieren te voeren: keep wildlife wild! Meer wild spotten we overigens niet. Ik denk dat dat komt doordat ik ons gejinxt heb: in het Visitor Center leren we dat de ‘lelijke fazant’ die ik vanmorgen rond de camper zag scharrelen, een zeldzame roadrunner is die alleen in het zuidwesten van de VS en Mexico voorkomt. Foutje!
We bezoeken Cap Rock en Barker Dam en begeven ons naar de West Entrance terwijl de zon achter de bergen zakt. Vanwege onze late lunch hebben we weinig trek, dus stoppen we bij Walmart voor een salade. Uiteindelijk is Yara de enige die die eet, want eenmaal op de campground komt de man met de hamer en val ik als een blok in slaap. Yara brengt de avond door op haar telefoon, wat ze naar eigen zeggen helemaal niet erg vindt. Ik begrijp haar: het is prettig om tussen intensieve reisdagen een rustmomentje te vinden. We nemen het ervan: morgen hebben we een lange dag voor de boeg: dan staat rijden naar Death Valley op het programma!
Accommodatie: Palm Springs / Joshua Tree KOA Holiday
Prijs: $ 59,-
Ligging: Bij Palm Springs, op een half uurtje rijden van de West Entrance van Joshua Tree National Park
Faciliteiten: douches, toiletten, dumping station, wasserette, speeltuin, minigolf, buitenzwembad, hot tubs, winkeltje
Joshua Tree National Park - Death Valley National Park
Het is Election Day! Vandaag stemmen de Amerikanen voor Donald Trump of Kamala Harris. Tot nu toe hebben we niet veel meegekregen van de verkiezingen, op wat posters en vlaggen langs de kant van de weg na.
We vermoeden dat daar weinig verandering in komt, want we verwachten vandaag niet veel onder de mensen te komen. Er staat een lange rit op het programma: we zijn vier uur zoet met rijden naar Death Valley National Park. Hoe de verkiezingen ook verlopen: ergens vinden we het wel een geruststellend idee dat we eerst twee dagen in een uithoek doorbrengen voordat we de drukte opzoeken. Hopelijk zijn de gemoederen wat gezakt tegen de tijd dat we in Vegas arriveren.
We beginnen de dag met een ontbijt bij IHOP: dat was er nog niet van gekomen en aangezien ik spreekwoordelijke aandelen heb bij de fastfoodketen, werd het hoog tijd. Yara bestelt een combo en ik ga voor maple pancakes met bacon: een heerlijke combinatie van zoet en hartig waar Amerikanen meesters in zijn.
Met volle buiken stappen we de camper in en na een korte tussenstop bij Starbucks beginnen we aan de rit richting Death Valley. De omgeving van Joshua Tree lijkt patent te hebben op stopborden; het voelt alsof we meer stilstaan dan rijden. We stoppen bij een verzameling gigantische keien vol graffiti en nemen een paar foto's. De locals zullen het vast zien als vandalisme, maar wij vinden de vrolijke tekeningen wel wat hebben. Het past bij het kleurrijke imago dat Palm Springs heeft. Helaas is het zwerfvuil rondom de keien minder charmant.
Een volgende pauze brengt ons naar Yermo, waar Peggy Sue’s 50’s Diner ligt. Ik ben hier tijdens een eerdere camperreis geweest en was toen al fan van de retro vibe. Het is alsof je een tijdmachine binnenloopt: alles ademt hier de jaren ’50, van de decoratie tot de muziek die door de speakers klinkt. Honger hebben we eigenlijk nog niet na die stapel pancakes van vanmorgen, dus we houden het bescheiden met een milkshake en een portie fried pickles. Die blijken verrassend lekker!
Niet ver van Yermo ligt Calico Ghost Town, een plek die vaak wordt aangeprezen als tussenstop op deze route. Hoewel we benieuwd zijn, blijkt het bezoek een teleurstelling. Wat zich profileert als een groot openluchtmuseum voelt voor ons meer als een tourist trap. Bijna het hele museum bestaat uit winkeltjes en voor de weinige interessante dingen zoals een ritje met een stoomtrein, moet je bijbetalen. Nee, wat ons betreft mag Calico gerust overgeslagen worden.
Een beetje teleurgesteld stappen we de camper weer in. De zon zakt al achter de bergen wanneer we verder rijden en uiteindelijk leggen we het laatste stuk naar Death Valley in het donker af. De lange, rechte weg lijkt eindeloos en we tellen de minuten tot we er zijn. Na een kleine drie uur beweert de navigatie bij een resort vol palmbomen dat we onze bestemming bereikt hebben. Pas na drie extra rondjes zien we eindelijk het bord van Furnace Creek Campground. Mijn naam staat netjes op de lijst bij de ingang.
Terwijl we de camper parkeren, voelen we de vermoeidheid van de dag toeslaan. Moe van de lange dag besluiten we vroeg naar bed te gaan, want morgen wacht er een gave excursie: een jeeptour door Death Valley! We kunnen niet wachten om Death Valley bij daglicht te zien.
Accommodatie: Furnace Creek Campground
Prijs: $ 30,-
Ligging: In Death Valley National Park
Faciliteiten: toiletten
Death Valley National Park
We staan vroeg op en ontbijten snel: om 09.00 uur begint de Jeeptour. We hebben nog geen bevestiging of die daadwerkelijk doorgaat: reserveringen via e-mail worden niet geaccepteerd en het is ons niet gelukt om Farabee's telefonisch te bereiken vanwege het slechte bereik onderweg. Tussen de andere activiteiten door hebben we er niet altijd aan gedacht om er achteraan te gaan. Gisteren hebben we op goed geluk een voicemail achtergelaten en nu is het afwachten, want in Furnace Creek is er helemaal geen bereik.
De keet die dienstdoet als kantoor hebben we gisteren al gespot en iets voor negenen parkeren we de camper bij het naastgelegen Furnace Creek Visitor Center. We hebben geluk: de dienstdoende medewerker heeft onze voicemail gehoord en geeft aan dat er een gids onderweg is. Blijkbaar werken ze op oproepbasis en omdat de beste man een uur buiten Death Valley woont, wordt ons gevraagd om nog even te wachten. Geen probleem! We betalen alvast voor de excursie en steken een pin in een grote wereldkaart waarop geregistreerd wordt waar Farabee's klanten vandaan komen. Er staan pas twee andere pinnetjes bij Nederland, waarvan eentje ongetwijfeld van onze collega's Sophie, Inge, Loes en Moniek is. Grappig om te zien.
We vermaken ons bij het Visitor Center, de enige plek in het park met een wifi-verbinding. Een magneetje en plattegrond rijker begeven we ons even later weer naar Farabee's. Daar is onze gids inmiddels gearriveerd: Hal is een Amerikaanse man van middelbare leeftijd in een blouse en leren gilet vol patches. Hij stelt zich voor, corrigeert Yara direct wanneer ze naar zijn wagen refereert als 'Jeep' ('het is een Hummer!'), maar doet weer vriendelijk als we even later een broodje gaan uitzoeken om mee te nemen voor onderweg. Op aanraden van Hal kiezen we beide een tuna sandwich.
Fijn dat het een beetje klikt want Hal en wij zitten de komende zeven uur met elkaar opgescheept: hij gaat ons alle highlights van Death Valley laten zien tijdens de Death Valley Experience Tour. Die begint met een stop bij Devils Golf Course. Van een afstand lijkt het alsof we een sneeuwvlakte oprijden, maar als we dichterbij komen, zien we dat het geen sneeuw is: het zijn zoutkristallen die schitteren in de zon. Het is bijna magisch. Hal vertelt ons dat sommige toeristen de zoutkristallen in hun mond stoppen, maar raadt dit af: niet alleen toeristen verkennen deze vlakten, maar ook honden en coyotes. Die zijn we nog niet tegengekomen, maar volgens Hal veroorzaken ze veel overlast rondom Furnace Creek. Ze worden gevoerd door reizigers die zich niet realiseren dat ze niet met een ‘cute little doggy’ te maken hebben, maar met een roofdier. Als de dieren te tam en brutaal worden, moeten ze uiteindelijk worden afgeschoten. Erg sneu!
Na een paar mooie foto’s gaan we verder naar Badwater Basin, het laagste punt van het westelijk halfrond. Onderweg vertelt Hal honderduit. Hij heeft het duidelijk naar zijn zin en ik krijg het idee dat we een XL-versie van de reguliere tour krijgen omdat Yara zoveel interesse toont en wedervragen stelt. Na een uurtje is Hals volledige levensloop de revue gepasseerd en komen we steeds meer te weten over de geschiedenis van Death Valley en over de geologische elementen van het park. Hal gaat hier zo diep op in dat we grappen dat we na deze tour volleerd geologen zijn.
Badwater Basin is moeilijk te bevatten: een uitgestrekte, witte zoutvlakte die zich zover je kunt kijken uitstrekt. Terwijl we een stukje over de zoutvlakte lopen, vertelt Hal het verhaal achter de naam Badwater. Het komt van het zout in het water, waardoor het ongeschikt is voor dieren om te drinken. Een man kwam hier ooit met zijn paard, dat na een lange reis weigerde het water te drinken. De man doopte de bron vervolgens ‘Badwater’, letterlijk ‘slecht water’.
De rit gaat verder naar Artist Palette, waar de bergen wel een schilderij lijken. Het landschap wordt opgevrolijkt door verschillende tinten roze, groen, paars en geel. Hal vertelt dat het ontstaan van de kleuren te maken heeft met de mineralen die hier aanwezig zijn. Deze geologen in de dop proberen alle informatie zo goed mogelijk op te slaan.
Het is tijd voor de lunch: die nuttigen we op het afgelegen Wildrose Campground, gelegen op 1250 meter hoogte. De temperatuur ligt hier een stuk lager. Hal vertelt dat hier de meeste toeristen niet komen. We genieten van de rust: Wildrose is een stille plek, met maar één andere camper in de buurt. Je kunt hier gratis kamperen zolang je zelfvoorzienend bent en je camper opgewassen is tegen ruig terrein: buiten een hokje met 'pit toilets' zijn hier geen voorzieningen en de weg naar Wildrose toe was op z'n zachtst gezegd hobbelig te noemen. Hal wijst ons op de wilde ezels die verscholen staan in het gras: afstammelingen van de ezels die in de 19e eeuw door goudzoekers en andere pioniers naar het gebied werden gebracht. Toen de mijnen in de regio sloten, werden veel van deze ezels achtergelaten. Tegenwoordig is de wilde ezel een van de iconen van Death Valley en is het is niet ongewoon om ze tegen te komen in het park.
Als we onze tuna sandwiches verorberd hebben, bezoeken we Wildrose Peak. Ver boven de droge woestijn gelegen, is het hier veel koeler en natter. Er is hier ook veel meer vegetatie en het is bijna surreëel dat Death Valley blijkbaar ook zo groen is. We verkennen de Wildrose Charcoal Kilns, een historisch deel van het park. Hal vertelt dat de kilns werden gebruikt voor het bakken van houtskool. Fascinerend hoe goed deze oude constructies zijn bewaard gebleven! Hal wacht rustig in de Hummer terwijl wij op onderzoek uitgaan en ons vermaken met de echo-o-o-o die weerklinkt in de holle ruimten.
De laatste stop van de tour is Aguereberry Point, het hoogste punt in Death Valley en één van de verborgen juweeltjes van het park. Het biedt een prachtig uitzicht over Death Valley en is een van de weinige plekken waar je het hele dal goed kunt zien, inclusief de Panamint Mountains en Badwater Basin. De weg ernaartoe is steil en vol bochten, een route die we met de camper nooit hadden kunnen nemen. De spannende rit is het meer dan waard: het uitzicht over de zoutvlakten en de omliggende bergen is echt spectaculair. De koude wind snijdt door onze jassen, maar het uitzicht maakt alles goed. Het is alsof we boven de wereld uitsteken! Op deze hoogte hebben we zelfs een streepje bereik en sturen snel wat appjes naar het thuisfront vanaf 1.524 meter boven zeeniveau.
Hal zet de daling in en tijdens de rit terug naar Farabee's en vanuit het autoraam van de Hummer zien we de zon achter de bergen zakken. Hoewel de excursie aan de prijs was zijn we het erover eens dat die elke cent waard was: we zijn op heel veel plekken geweest die we zelfstandig nooit hadden gevonden of die we heel anders beleefd zouden hebben zonder de achtergrondinformatie van Hal. De Death Valley Experience Tour is een aanrader aan iederen die Death Valley niet alleen wil zien, maar echt wil beleven.
We sluiten de dag af met een korte wandeling naar een winkeltje voor wat souvenirs. Het is inmiddels donker en de wandeling terug naar de camper ervaar ik als niet zo prettig, na alle verhalen over coyotes. Ik ben blij als we even later het kampvuur aansteken op onze campingplaats. We bereiden een lekker maaltje en maken als toetje s'mores. Dit zou wel eens het laatste kampvuur van onze trip kunnen zijn: morgen reizen we naar Las Vegas en brengen we de laatste nacht in de camper door. Wat gaat de tijd snel!
Accommodatie: Furnace Creek Campground
Prijs: $ 30,-
Ligging: In Death Valley National Park
Faciliteiten: toiletten
Death Valley Experience Tour: $ 285,- per persoon (niet gesponsord)
Death Valley National Park - Las Vegas
Ik word wakker met een volle blaas en sluip stilletjes naar het toiletgebouw, in de hoop Yara niet wakker te maken. Het is nog vroeg en de lucht voelt fris aan na de nacht. Ik check mijn telefoon: het is mijn 31e verjaardag. Geen berichtjes of felicitaties – we zitten nog steeds zonder bereik.
Even voelt het alsof deze verjaardag een beetje langs me heen zal gaan, maar niets is minder waar: als ik de deur van de camper open, wacht me een verrassing. In de tien minuten dat ik weg was, heeft Yara slingers opgehangen en cadeautjes op tafel gelegd. Er zijn ballonnen, een feestelijke stapel pannenkoeken en zelfs een plastic glas met de woorden "Birthday Girl". Ik sta met mijn mond vol tanden. Yara vertelt lachend dat ze al een tijdje wakker was en lag te hopen dat ik de camper zou verlaten. Wat een timing!
Naast de pancakes – die Yara meegenomen heeft bij IHOP – krijg ik een boek en een kaart van mijn vriend. Blijkbaar zaten die al sinds ons vertrek op Schiphol verstopt in Yara’s koffer. Hoe lief! Na het ontbijt lopen we naar het Visitor Center, waar ik van de wifi gebruik maak om even te beeldbellen en wat appjes te beantwoorden. Yara wacht geduldig.
Dan is het tijd om aan onze etappe naar Las Vegas te beginnen. Onderweg stoppen we bij een Dollar Tree, waar Yara een button met “Birthday Girl” voor me koopt. Het leuke aan Amerikanen is dat ze altijd een feestje mee willen vieren, hoe klein ook. Bij de Starbucks, het tankstation, overal krijg ik een vrolijk “Happy Birthday!” toegeroepen. Misschien cliché, maar het is toch leuk.
In Las Vegas maken we een stop bij de Boot Barn, op verzoek van een kennis die me gevraagd heeft een stel westernlaarzen voor hem mee te nemen. De Boot Barn is dé winkel daarvoor. We struinen wat rond en ik doe mezelf een roze Stanley Cup met cowboylaarsjes cadeau: het is tenslotte mijn verjaardag!
Na ons bezoek aan de Boot Barn rijden we naar onze camping voor vannacht: Oasis Las Vegas RV Resort. Een prima plek met grote plekken en een fijne sfeer, gelegen aan de zuidkant van de Strip. Terwijl we genieten van een wijntje en een maaltijd van Wendy’s – Uber Eats maakt alles makkelijk – pakken we alvast onze koffers in. Morgenochtend hebben we daar geen tijd voor, dus beter nu.
Als alle kastjes leeg zijn, hijsen we ons in onze feestoutfits en nemen een Uber naar Fremont Street. Wat een beleving! Deze bekende straat in het oude centrum van Las Vegas barst van de neonlichten, straatartiesten en live entertainment. We zien de meest bijzondere figuren voorbij komen en kijken onze ogen uit. De zipline die dwars over Fremont Street gaat, lijkt me wel wat, maar hij is behoorlijk aan de prijs. Bovendien is mijn strakke jurk misschien niet helemaal ideaal voor zo’n avontuur. In plaats daarvan belanden we in een piano bar, waar we de rest van de avond blijven hangen. Het is open mic en naast de fantastische serveersters met gouden stemmen, zien we hoe dappere gasten het podium beklimmen. Het is ontzettend leuk om te zien wie zich op het podium durven begeven en wat een geweldig stemgeluid ogenschijnlijk 'normale' mensen hebben.
We sluiten de avond af met pizza. De sfeer op Fremont Street is inmiddels iets veranderd. Het is laat en eerlijk gezegd voelt het wat grimmig. Een kerel grijpt mijn arm vast en een ander blijft aandringen om met me op de foto te gaan. Onze Uber-chauffeur vertelt dat Fremont Street bekendstaat om drank- en drugsgebruik en dat het in het weekend nog veel erger is. Jammer, want een eerdere ervaring hier was heel anders. Misschien maakt de aanwezigheid van een man in je gezelschap wel verschil. Desondanks hebben we een geweldige avond gehad. Fremont Street is zeker de moeite waard om te bezoeken, al zou ik het volgende keer misschien overdag doen – en dan gelijk die zipline afvinken!
Accommodatie: Oasis Las Vegas RV Resort
Prijs: $ 118,03
Ligging: aan de zuidkant van de Las Vegas Strip
Faciliteiten: full hookup, zwembad en hot tub, fitnessruimte, clubhouse met lounge en tv, speeltuin, wasserette, shuttle service naar de Las Vegas Strip (tegen betaling), winkeltje, beveiliging 24/7, café en restaurant (seizoensgebonden).
Camper inleveren en Las Vegas
De laatste vakantiedag. Die voelt altijd een beetje dubbel. Aan de ene kant wil je nog genieten van elke minuut, aan de andere kant zit je hoofd al bij de terugreis en bij het thuisfront. We beginnen rustig met ontbijt in de camper. De buren krijgen onze overgebleven etenswaren; de rest verdwijnt in de prullenbak.
Na het ontbijt is het tijd om koers te zetten naar El Monte RV voor het inleveren van de camper. Onderweg stoppen we om te tanken. Een plek vinden om propaan bij te vullen blijkt, net als tijdens mijn vorige camperreis in Canada, een uitdaging. Note to self om dat in het vervolg vroeger op de route te regelen: deze last minute stress is niet fijn.
Door onze zoektocht naar propaan komen net iets te laat aan bij het verhuurstation. Gelukkig is het niet druk. Terwijl een medewerkster de camper inspecteert, maken wij het ons gemakkelijk in de lobby. Geen stress, we hebben de camper netjes achtergelaten. Een medewerker maakt een praatje met ons en beantwoordt nog wat werkgerelateerde vragen. Fijn, zo komen wij maandag op kantoor weer goed beslagen ten ijs!
Een half uur later stappen we in een Uber richting het Excalibur Hotel. Hier brengen we onze laatste nacht door. Bij de balie horen we dat onze kamer pas later beschikbaar is, tenzij we bijbetalen voor een early checkin. Dat moet dan maar: tijd is geld en we willen deze dag zo goed mogelijk benutten.
Op de kamer buigen we ons een laatste keer over de bagage: we herschikken de inhoud van onze koffers en wegen deze. De bedoeling is dat ze vertrekklaar klaarstaan, zodat we vanavond direct ons bed in kunnen rollen. Als we tevreden zijn gaan we op onderzoek uit door het hotel. We starten uiteraard bij Starbucks voor onze dagelijkse dosis cafeïne. Daarna struinen we langs wat winkels en genieten van een plakkerige cinnamon roll bij Cinnabon.
De Strip roept. We laten ons meevoeren langs themahotels en iconische beelden. Parijs met z’n Eiffeltoren, New York met z’n wolkenkrabbers en natuurlijk het majestueuze Caesars Palace dat recht uit het oude Rome lijkt te komen. Yara koopt de Sephora leeg en ik laat me door haar enthousiasme aansteken: een mooie vloeibare blush blijft aan mijn handen plakken.
Tegen etenstijd vinden we een Mexicaans restaurant waar we ons tegoed doen aan burrito’s en huisgemaakte guacamole. Vol en tevreden wandelen we verder. De Strip schittert nu in het donker en overal zien we glitterende dames gehuld in niet veel meer dan veren, die poseren voor toeristen. Las Vegas leeft, knippert en bruist.
Niet al te laat keren we terug naar het hotel. Morgen moeten we vroeg op: ons vliegtuig vertrekt om 8.45 uur. Nog één korte nacht en dan zit deze geweldige reis er alweer op! Wat is dat snel gegaan.
Accommodatie: Excalibur Hotel & Casino ***
Type kamer: Tweepersoonskamer met twee queensize bedden
Prijs: ca. 170EUR per kamer, per nacht (excl. resort fee)
Ligging: Las Vegas Boulevard / Strip
Faciliteiten: restaurant, zwembaden & spa, nachtclub, theater, casino
Terugvlucht en aankomst Schiphol
De wekker gaat pijnlijk vroeg: 05.00 uur. Gelukkig staat alles klaar, dus we hoeven alleen onze tanden te poetsen, ons aan te kleden en een Uber naar het vliegveld te regelen. Terwijl de eerste zonnestralen Las Vegas in een warme oranje gloed hullen, rijden wij richting McCarran Airport.
Bij het inchecken blijkt mijn koffer te zwaar. Mijn mobiele bagageweger is duidelijk anders afgesteld dan die van het vliegveld. Wat toiletspullen verdwijnen in de prullenbak en Yara maakt in haar tas ruimte voor een topje van mij. Hiermee komt het gewicht van de koffer nét onder de magische 23 kilo. Opluchting!
We worden door het luchthavenpersoneel vriendelijk naar een trap gestuurd: we maken onderdeel uit van een pilot met een nieuw securitysysteem. Geen rijen, geen haast: we kunnen direct doorlopen. Het personeel is vrolijk en ontspannen. Een douanebeambte onderschept een fles whisky uit de handbagage van een reiziger voor ons en grapt: 'Als je iets probeert te smokkelen, neem dan tenminste iets dat wél te drinken is!'
Ook wij trekken de aandacht met de zware kaarsen in de handbagage. Die vallen volgens de regels onder vloeistoffen. 'Als ze lekker ruiken, mogen jullie ze houden,' grinnikt de beambte, terwijl hij zich gespeeld beledigd toont als hij hoort dat ze van Walmart komen: 'Dat is geen kwaliteit!' Gelukkig mogen ze mee.
Eenmaal in de terminal strijkt Yara neer met een bagel, terwijl ik me tegoed doe aan een restje burrito van gisteren. Niet veel later kunnen we boarden. De vlucht verloopt rustig. Ik duik in een boek, Yara verslindt een paar films. Slapen zit er niet in op dit tijdstip. Maakt niet uit: moe zijn we niet. Voor we het weten maken we een vlotte overstap en landen we op vertrouwde bodem: Schiphol.
Yara stuurt een berichtje naar haar vriend dat we zijn geland. Groot is de verrassing als niet alleen Jeroen, maar ook Mark én Yara's hondje ons opwachten bij de aankomsthal. Wat een warm welkom! Onderweg naar huis kletsen we volop over alle avonturen. We maken een tussenstop bij La Place: de Hollandse tuna sandwich smaakt verrassend goed, ook zonder uitzicht vanaf Wildrose Peak. Even later sta ik met mijn koffers in mijn appartementencomplex. Home sweet home. Het was een geweldige reis, eentje waar Yara en ik nog heel lang met plezier op terug zullen kijken!